Voer ook eens Artemia

{flike}

Door: Jeffrey Faber
Bron: Tomey, W. A. (1978). "Een revolutie bij het kweken van artemia (pekelkreeftjes)." Het Aquarium 48 (10), pp. 258 -261.

Levend voer kweken is niet moeilijk. Vooroordelen als het kost tijd, ruimte en het geeft veel rommel leidt ertoe dat velen zich beperken tot droog- of diepvriesvoer of zakjes met levend voer in de winkel te kopen. Deze laatste kosten nogal wat geld op maandbasis. Het kan veel makkelijker.

Artemia wordt door velen gezien als het voer bij uitstek voor het opkweken van jongbroed. Ook voor volwassen vissen is dit meer dan geschikt. Hieronder zal een uiteenzetting gegeven worden om op simpele wijze een kweek van artemia op te zetten zonder rommel of veel ruimte.

Om artemia te kweken heeft men allereerst een kweekfles nodig. Deze kunnen kant en klaar gekocht worden voor een (voor de winkelier) leuk bedrag. Zelf maken is net zo goed en fijner voor de portemonnee. Men neemt een anderhalf tot twee literfles frisdrank. Hieruit wordt de bodem gesneden en aan beide kanten een gaatje geboord. Door dit gaatje wordt een touwtje geregen waaraan de fles wordt opgehangen. In de hals boren we een gaatje voor de afvoerkraan. Ikzelf gebruik hiervoor een waterkraantje van plastic, speciaal voor vijvers, met een diameter van 10/12 mm. In de dop wordt een gaatje geboord waar de luchtslang, voor de luchtpomp, met enige moeite doorheen past. Het kraantje en de slang kitten we voor de zekerheid vast met siliconenkit speciaal voor aquaria. De kweekfles voor artemia is na enige uren weken in kraanwater klaar voor gebruik.

Artemia eitjes hebben nog wel eens de naam een laag uitkomstpercentage te hebben. Ikzelf had hier ook last van tot ik een artikel van Tomey tegenkwam in “Het Aquarium” (1978). Op deze wijze is het laten uitkomen van artemia heel simpel doordat de eitjes vooraf ontdaan worden van hun harde schaal.

De kweekfles wordt gevuld met één tot anderhalf liter aan kraanwater en hieraan voegt men twee tot drie eetlepels artemia eitjes toe. Dit laat men een uur weken, niet langer, en laat dit ondertussen stevig borrelen met een luchtpomp. Hierna voegt men één tot anderhalf drinkglas huishoudbleek (minder dan 5 procent) toe. Let wel op, wanneer bleek toegevoegd wordt gaat het hard schuimen tot ver over de rand van de fles, dus doe dit niet binnen om iedereen tevreden te houden.

De eitjes zullen kleuren van bruin naar grijs en uiteindelijk een rode/oranje kleur krijgen. Het weken met bleek duurt niet langer dan 25 minuten. Wanneer de eitjes eerder dan 25 minuten rood/oranje kleuren kan het luchtpompje worden uitgeschakeld.

De eitjes vangt men via het kraantje op in een artemiazeef. Daarna enkele minuten onder stromend water spoelen tot de chloorgeur zo goed als verdwenen is. Hierna plaatst men de eitjes in een bakje met natuurazijn en roert men enkele minuten. Nogmaals de eitjes afspoelen onder stromend water en klaar is kees.

De ontkapselde eitjes kunnen in een potje bewaard worden in de groentelade van de koelkast tot het tijd is om ze uit te laten komen. Bijkomend voordeel is dat door het toevoegen van bleek de harde eischaal oplost en de niet uitgekomen eitjes ook gegeten kunnen worden door de vissen. Om de fles bleekvrij te krijgen vult men deze met een goede liter water en een halve liter natuurazijn tot de geur weg is.

Om de artemia uit te laten komen vult men de fles met anderhalf liter water. Drie tot vier eetlepels zeezout (jodiumvrij) en één tot twee theelepels van de ontkapselde eitjes toevoegen. Op kamertemperatuur komt binnen twaalf uur, na flink borrelen (zorg voor grove bellen, want aan fijne belletjes blijft de pas uitgekomen artemia hangen), de eerste artemia uit en kan er gevoerd worden. Na een ongeveer een week spoel ik zelf de fles om en voeg ik nieuwe eitjes toe.

Door vooraf veel eitjes te ontkapselen wordt de uitkomsttijd met ruim 24 uur verkort, het uitkomstpercentage verhoogd en heeft men aan een kweekfles genoeg!